Het gemiddelde hypotheekbedrag bedroeg in het tweede kwartaal €322.000, tegen €326.000 in dezelfde periode een jaar geleden. Dat is de eerste daling sinds de keten in 2019 dit begon bij te houden. Het betekent een daling van 1,2% van het hypotheekbedrag.
Per regio zijn er wel grote verschillen, volgens De Hypotheker. De grootste daling is zichtbaar in Groningen en Flevoland. In Zeeland, Limburg, Friesland en Drenthe is nog wel sprake van een stijging van het hypotheekbedrag.
„De sterke stijging van de hypotheekrente doet zich steeds meer gelden op de woningmarkt. Zo wijzen verschillende signalen erop dat de huizenmarkt begint af te koelen. Door de hogere rente stijgen de maandlasten en kunnen kopers minder lenen”, zegt Michel van den Akker, directievoorzitter van De Hypotheker.
Krapte
Hij ziet ook positieve kanten aan de ontwikkeling. „Hoewel er nog steeds sprake is van krapte op de woningmarkt, is er nu aantoonbaar minder concurrentie en zijn kopers geneigd minder te overbieden. Hierdoor is de kans op het vinden van een betaalbare woning iets groter dan in de afgelopen periode”.
Het totale aantal hypotheekaanvragen daalde met 2% ten opzichte van vorig jaar, vooral doordat er een kwart minder oversluitingen waren. Het animo daarvoor is afgenomen omdat de hypotheekrente bezig is aan spurt naar boven. Daardoor heeft oversluiten naar een andere rente voor veel mensen geen zin meer.
Ook het aantal hypotheekaanvragen voor de aankoop van een woning is opnieuw afgenomen (-9%), maar op het totale aantal hypotheekaanvragen is wel sprake van een stijging. Aanvragen voor een woning vormden eerst 39% van de aanvragen, nu is dat 48%.